Divali van land tot land

Divali van land tot land

Naar hoofdpagina themaspecial Divali

Divali is het feest dat in het teken staat van het verdrijven van duisternis en de strijd tegen het kwade. Verdorven gedachten en kortzichtigheid kunnen worden gewist door het licht van de kennis te verspreiden. Overal ter wereld vieren hindoes divali. Maar dat doen ze lang niet overal op dezelfde manier. Een rondreis langs de verschillende divali-ervaringen van Esha.

In Suriname werd Divali op een vrij ingetogen manier gevierd. De jaarlijkse fakkeloptocht opende het gebeuren. Het was echt een festijn om dat te zien en later om mee te doen met vrienden en je ouders en familie te ‘spotten’ tussen de toeschouwers die langs de weg stonden en je toejuichten. Op de dag zelf keek ik als kind echt uit naar het moment van aansteken van de diya’s. Dat moest bij de overgang van middag naar avond gebeuren en werd begeleid door de gebeden van een pandit op de radio en de tv. Als kind stonden we erop dat alles, dus het hele huis, het balkon – en niet alleen de voorzijde – en het hek in de tuin van diya’s moesten worden voorzien. Mijn ouders probeerden het beste mengsel en de beste roltechniek te achterhalen: was het nou alleen olie of een mix van olie en ghee wat de lontjes langer deed branden, moest het katoen gerold worden in lange stukken of was een dot al voldoende? Hoe lang van te voren moesten de diya’s in water worden ondergedompeld? Voorafgaand aan dit gebeuren was er natuurlijk het verplichte schoonmaak ritueel: het hele huis werd gepoetst en geboend. Maar die reinheid moest natuurlijk ook bij jezelf plaatsvinden – van binnen uit. Dus waren we verplicht om dagen van tevoren vegetarisch te eten, iets waar ik als kind niet bepaald weg van was. Maar de speciale sfeer die er rondom het diya aansteken was, het familiebezoek, het gezamenlijk eten van de lekkere roti met diverse groenten en daal en de andere lekkernijtjes maakten veel goed. Een van de hoogtepunten was als we samen in de buurt rondliepen en keken hoe anderen hun huizen hadden versierd. Bij ons ging het er dan voornamelijk om welk huis de meeste brandende diya’s had. Daarna reden we richting Leiding en daar waren de huizen toch veel grootser versierd en vaak ook op innovatieve wijze met fakkels die lang bleven nabranden. Kortom het was een serene, sprookjesachtige sfeer die ik als kind wel wist te waarderen.

In Nederland was het hele divalifeest, in mijn beleving, een domper. Het verloor zijn speciale karakteristiek voor mij: de aardewerk diya’s met katoenen lontjes en ghee werden vervangen door theelichtjes. De geur en de sfeer die er rondom het feest in Suriname hing, miste ik hier. In Nederland ontbrak ook de aanloop naar het feest. Er werden zo af en toe fakkeloptochten georganiseerd, maar die waren, natuurlijk ook door het klimaat, niet zo groots van opzet. Het familiegebeuren was er ook niet: anderen woonden te ver weg of hadden het te druk. Divali vieren was iets wat je even tussendoor deed: het aansteken van de karige theelichtjes en dat was het dan.

Op St. Maarten trokken we veel op met de Indiërs en keken we ook met z’n allen uit naar het jaarlijkse divali-bal. Dat was een gezellig samenzijn, met een goed diner en vaak ook een show. Maar het bleef een viering met theelichtjes. Idem dito in China. Bepaalde aspecten werden natuurlijk gevolgd zoals het huis schoonmaken en vegetarisch eten, maar de echte sfeer was er niet.

In Egypte probeerden we het divalifeest zo goed mogelijk te vieren: onze dochter werd daar geboren. Het was onze eerste divali als gezin. Dus het moest in stijl. Twee weken voor divali werd het een gang naar de pottenbakkersenclave, met een aantal plaatjes uit Indiase tijdschriften. En dan in je beste Arabisch doorspekt met wat Engels maar zo goed mogelijk uitleggen hoe de diya’s er precies uit moesten zien. Neen, geen asbak maar wel rond, klein en laag en ietwat diep. Zo gebeurde het dat de diya ieder jaar weer een andere vorm had: elke pottenbakker gaf er zijn eigen interpretatie aan. Met de aardewerk diya’s was het een feest om het huis van binnen en buiten te versieren. De serene sfeer van toen (zoals in Suriname) konden we steeds meer benaderen.

Nu woon ik in India en er is niets sereen en sprookjesachtig aan het divalifeest. Het lijkt en is ook meer een soort nieuwjaarsfeeest, dat gevierd wordt met veel fanfare. Het is er een drukte, elke markt is versierd met gekleurde elektrische lichtjes. Er is veel goud en zilverkleurige franje, speciale decoratieve diya’s, zelfs elektrische. De ene pottenbakker probeert de andere te overtreffen: je hebt aardewerken diya torens, diya’s met een gouden randje, vergulde diya’s, Lakshmi diya’s, diya’s op een thali, diya’s versierd met kleine spiegeltjes. En dan de 21e eeuwse diya’s, dat zijn diya’s met een gaatje waar je dan zo de elektrische lampjes doorheen kunt steken. Dus niks geen geknoei meer met ghee, olie en katoen. De hal/het voorportaal thuis wordt versierd met kleine voetstapjes, symbool voor Lakshmi die binnenkomt. Het is ook een tijd van kado’s geven en ontvangen. Elk familielid, kennis of vriend moet worden bedacht, liefst met wat mithaai en een zilveren gebruiksvoorwerp of een zilveren of gouden muntstuk. De juwelier doet in deze tijd goede zaken. De werknemers rekenen allemaal op een bonus. De kranten staan bol van de aanbiedingen. Het hele feest heeft in India een commercieel karakter gekregen. De aanloop naar divali bestaat uit het organiseren en aflopen van cardparty’s en diverse divali bazaars. De cardparty’s zijn heel populair, er wordt echt gespeeld om geld en het zijn niet bepaald minieme bedragen. Het heet dat als je dan wint je voor de rest van het jaar ook ‘lucky’ zult zijn: Lakshmi is je dan goedgezind. Op de dag zelf wordt het feest uitbundig gevierd met veel vuurwerk en om middernacht heftige knallers. Er hangt echt een Nieuwjaarssfeer. Het is een oorverdovend lawaai van de ene knaller na de andere, en het ingetogene, de sereniteit is er niet. En dan vraag ik me af of de essentie van het feest er nog wel toe doet.

Divali is niet alleen het feest van licht maar leert ons ook een belangrijke levensles – dat van de overwinning van het goede op het kwade: Ram overwon Ravan, de demonen koning. Ravan stond voor alles wat slecht en zondig was. Divali viert de thuiskomst van Ram, Sita en Lakshman, maar betekent ook het streven naar waarheid, rechtvaardigheid en nederigheid uitdragen. Kortom goed zijn en goed doen. Een Shubh Divali of zoals ze dat in India zeggen Happy Divali!

Esha Marhe
Uit: OHM-Vani 2006

foto: Marc-Shandro

Delen via:
comments powered by Disqus