Crisis, crisis en nog eens crisis. Bijna elk acht uur journaal wordt er wel tijd besteed aan de crisis. We weten onderhand wel hoe het gesteld is in Nederland rondom de recessie en vechten hier dan ook allemaal hard tegen. We willen zelf niet in een mindere positie komen. Eigenlijk staat de Crisis gelijk aan “ikke, ikke, ikke en de rest kan stikke.” We letten allemaal op de kleintjes dus hebben we geen tijd om naar andere te kijken.
Als ik iemand vraag om een stereotype Hindoestaan te schetsen krijg ik vaak dit te horen: veel goud, veel kerrie, een dikke auto en zij hebben toch allemaal een winkel. “Die Hindoestanen voelen niets van de crisis”. Al is dit alleen wat wij te zien krijgen, maar er lopen veel Hindoestanen rond met financiële problemen. Alleen horen en zien we deze mensen nooit. Naar aanleiding van een bezoek aan één van de Leger des Heils instellingen voor onderzoek, ben ik erachter gekomen dat deze mensen vóór hun financiële crisis, een goede baan hadden, getrouwd waren en alles liep op rolletjes. Nu leven ze van voedselpakketten.
Totdat zij in de financiële nood kwamen met als gevolg overmatig alcohol gebruik en zich aan de drugs hielpen(heroïne en cocaïne). Dit zijn veel voorkomende verslavingen, één van de beginselen van een nog ergere crisis. Althans zo zie ik het. Want mede door deze genotsmiddelen vergeet je de tijd, de plek en de omgeving waar in jij, je bevindt “de werkelijkheid”.
Wat ik veel heb gehoord in het Leger des Heils (van Hindoestanen zelf) is dat zij zich schamen, andere Hindoestanen mogen mij niet zien, want anders zullen zij mijn familie en gezin uitlachen of zullen we niet geaccepteerd worden door de Hindoestaanse gemeenschap. Maar waarom, gun je de ander niks? Als jij het goed hebt mag je best een handje helpen. Deze mensen voelen zich in de steek gelaten. Mede door hun naasten en voor een groot gedeelte heb ik voorbij horen komen “de Hindoestanen.” Maar vergeet niet dat jij zelf ook in deze situaties terecht kunt komen. Zo, vertelde de meesten mij dat zij zelf ook dachten nooit in een dergelijke situatie terecht konden komen.
Doe jij goed dan krijg jij goed, doe jij slecht dan krijg jij slecht. Karma. Je kunt naar een pandit om raad te vragen. Wie weet is er wel wat met je patra (horoscoop)? En moet je een of andere puja (ritueel dat men uitvoert) doen tegen een grah (Grof vertaald een van de planeten) die je hebt? Ik geloof in reïncarnatie en ben mezelf ervan bewust dat als ik iets slechts doe ik dit op mijn bord zal krijgen, maar mocht ik iets goeds doen, ik het ook wel mag tegenkomen. Zo moet ik dus ook in mijn volgend leven opdraaien voor de slechte daden die ik verricht heb, in dit leven en misschien wel mijn voorgaande levens.
Al met al horen we elkaar te helpen. Wij zijn Gods kinderen en alleen hier al om mogen we elkaar best een handje helpen. Al is het maar een broodje pindakaas. Ik word nog vaak genoeg herinnerd door mijn ouders hoe zij leefden in Suriname. Zij hadden het ook niet al te breed alleen hielpen de mensen elkaar en maakten ze geen verschil tussen elkaar. Waarom zou je? Toen der tijd leefden ze allemaal in houten huizen? En moesten ze uren op het land werken om het gezin te redden.
Je hoeft geen Mahatma Gandhi te zijn, alleen door al een klein handje uit te steken help je een hele boel.
Door: Veerin Arjun Sharma
Foto: Jason Parmanand