Vandaag is morgen gisteren. Het verleden heeft geen toekomst en de toekomst heeft geen verleden. Alleen in het hier en nu heeft het leven alle kwaliteiten van het zijn. Op een of andere manier heeft ons denk-voel-systeem heel veel moeite om in het hier en nu te blijven. Hoe vaak hebben we het niet gehoord dat vroeger alles veel mooier was? En dat het straks mooier zal worden. Ik hoorde pas geleden iemand zeggen dat het menselijke ego niet meer en niet minder dan een problematische relatie is met het Hier en Nu. Als we werkelijk in contact zouden zijn met het Nu hebben we geen opgepoetst ego nodig die ons vertelt wat voor belangrijke dingen we allemaal in het verleden hebben gedaan of wat voor geweldige dingen we nog in de toekomst zullen gaan doen.
In het hier en nu kunnen we onze ogen gebruiken om te kijken, onze oren om te horen, onze mond om te proeven, te spreken of te zoenen, onze neus om te ruiken, onze handen om te voelen, te creëren en te strelen, onze voeten om te wandelen. Ik kan de bloemen van volgend voorjaar niet ruiken. Het glas wijn van vorige maand is allang weer voorbij. En de zoen van vorig jaar dinsdag is niet meer dan een zoete herinnering. Van de vervelende dingen die er in het verleden zijn gebeurd bestaat alleen de hoop dat ze zich in de toekomst niet zullen herhalen. Van de mooie dingen zegt het hier en nu dat ze al geweest zijn. En van dat glas wijn en die zoen kan ik alleen maar dromen dat de toekomst noch wat voor me in petto heeft.
Het Hier en Nu kent het glas wijn en de zoen vandaag niet. Maar het hier en nu ziet wel de vlucht van de vogel, het ontwaken van de natuur, de zon die aan het licht wil komen. Het hier en nu ziet wel de geboorte van het kind, de rups op het groene blad en de voetjes van de jongen die de bal naar zijn vriendje schopt.
Het verleden is geweest en bestaat als zodanig niet meer. Het verleden heeft alleen maar de kwaliteit om herinnering te zijn. En het verleden heeft het vermogen om zich aan mijn hersenpan op te dringen. Onze hersenen hebben de moed niet om zich tegen dat opdringerige verleden te verzetten. Verzetten tegen het verleden helpt trouwens ook niet. Toekomst bestaat alleen in het vermogen om de hoop op een beter verleden los te laten.
En wat nemen we mee naar morgen? Welke van onze overtuigingen hebben een dusdanige kwaliteit dat ze mee mogen naar morgen? Gelukkig hebben wij mensen het vermogen tot loslaten. We hebben alleen maar toekomst als we zinnige overtuigingen meenemen die de toekomst mogelijk maken. De overtuiging dat we niet in staat zijn om goede dingen te doen, om van deze aarde een vredige, duurzame aarde te maken, kunnen we beter niet meenemen naar morgen. Maar de overtuiging dat we prachtige lichtwezens zijn die een prachtige aarde bewonen en verzorgen, kunnen we meenemen naar morgen. En zo mogen we krachtig in het Hier en Nu staan in de wetenschap die hier en nu mee blijven reizen tot in ons geboortehuis waaruit we voortkomen. Ik dank het Hier en Nu voor het reisgezel zijn.